top of page

Bushalte in Luik

Dinsdagmiddag in het treinstation in Antwerpen, hoor ik, terwijl ik ongeduldig sta te wachten op een trein die maar niet komt, met groeiende frustratie kijkend naar mijn horloge en de bocht waar de trein moet verschijnen, gemompel over nieuws uit Luik. Ondanks dat we in het hokje dicht tegen elkaar staan om beschutting te vinden tegen de harde en koude wind, hoor ik slechts flarden van de gesprekken tussen de andere wachtenden; ‘…vier doden… granaten.’

Een jong meisje met een wollen groene muts vult een oudere man aan, die het nieuws zojuist van zijn zoon had gehoord. Ik spits mijn oren en vang op: ‘..een uur geleden.. Luik.’ Dan de oudere man, duidelijker: ‘Vroeger zou je het allemaal niet zo snel horen, maar nu weet je het meteen. Of het er allemaal beter op geworden is, dat weet ik niet.’ Het is een bekende en geruststellende gedachte, het ligt niet aan de wereld, het zijn de media, de globalisering, we weten alles van iedereen. En krijgen vooral de slechte berichten te horen.

‘Maar stel je eens voor, dat wij, hier, terwijl we staan te wachten, op de trein’ spreekt de oudere man plots ongerust, zonder zijn zin af te maken. Ongemakkelijk kijken we elkaar aan. Even zijn we geen doordeweeks tafereeltje, een gemengd groepje van studenten, forenzen en bejaarden dat op de trein wacht, maar een kwetsbaar doelwit van een of andere maniak. Een drukkende stilte volgt, die pas verbroken wordt door de komst van de trein.


’s Avonds thuis kijken mijn ma en ik op teletekst. Verontwaardigd en ook wel een tikje geschrokken lees ik voor over de aanslag in Luik. Ik wil het niet horen, maar hoor het toch. Kort. Gelukkig komt vanavond de herhaling van ‘The voice van Vlaanderen’. We nemen er extra de tijd voor, duiken samen met de hond en fleece-dekens in de zetel en wachten in spanning op Alex. Hij brengt gelukkig weer wat licht in deze donkere tijd.


Donderdagochtend kleurt mijn krant de details in. De maniak krijgt een gezicht, van een halve pagina om precies te zijn. Nordine Amrani, de Luikse moordenaar. Zijn leven is al geanalyseerd, zijn vrienden en advocaten geïnterviewd en in een speciaal vetgedrukt kader worden zelfs al maatregelen aangekondigd van justitie. “De Belgische regering neemt maatregelen om voorwaardelijk vrijgelaten gevangenen beter te volgen.”


Het levensverhaal van de 33-jarige Amrani is triest, een vicieuze cirkel. Een jonge wees die al vroeg voor de criminele kant koos. Volgens vrienden en advocaten heeft hij zich altijd slachtoffer gevoeld. ‘Nooit zijn eigen schuld, altijd die van een ander.’ Nee, verzet ik me, iedereen heeft een keuze. Altijd. Niet in wat je overkomt, maar wel in hoe je daarmee omgaat. Ik denk aan die mensen bij de bushalte in Luik, wachtend op de bus terwijl de dood langs komt. Dán ben je slachtoffer. Zes doden, op dit moment. Het is niet iedere dag even gemakkelijk om optimistisch over de wereld te zijn.

bottom of page