Hij schrijft geen heil te zien in uitgebreid mailen of bellen voorafgaand aan een eerste date, want dat leidt toch maar tot teleurstellingen. Ik vind het alleen maar prettig om elkaar eerst een beetje te leren kennen, voordat je besluit elkaar te ontmoeten. Juist om teleurstellingen te voorkomen. Maar voor deze ene keer gooi ik mijn principes overboord. Zonder veel plichtplegingen spreken we af in de stad voor een kopje koffie.

Bij mijn profiel staat een foto, bij het zijne niet. Ik heb dus geen idee wie ik kan verwachten. Een man met zwart, kort haar en groene ogen. Dat klinkt best aantrekkelijk. Er komt iemand aan lopen als ik voor de deur van een café in de stad sta te wachten. Ik denk nog: ‘Nee, laat het mijn date niet zijn!’ Heb ik even pech.
Zwart zal zijn haar ongetwijfeld ooit geweest zijn. Kort is het zeker! Zo kort dat ik het liever kaal wil noemen. En aan zijn ogen, waarmee hij verbaasd de wereld in kijkt, valt geen zweempje groen te ontdekken. Lichtblauw is alles wat ik ervan kan maken. Op zeer klunzige wijze deelt hij drie zoenen uit, terwijl ik het liever bij een beleefde hand had willen houden.
Ondanks dat het al ver voorbij lunchtijd is, wil hij wel graag een glutenvrij broodje bij zijn cappuccino. Terwijl ik kleine slokjes van mijn cola light neem, observeer en luister ik hoe hij probeert zijn levensverhaal in het kort samen te vatten. De glutenvrije kruimels vliegen me daarbij om de oren. Ex nummer één is wel de ergste van allemaal. Die had altijd wat te zeuren. Ex nummer twee was best leuk. Totdat ze begon te zeuren. Met ex nummer drie was het heel leuk – de intimiteit vooral. Maar ook zij ging zeuren. ‘Ik kan ongelofelijk zeuren!’ deel ik aan het einde van zijn monoloog mee.
Even later staan we buiten. Er zit nog een glutenvrij kruimeltje op zijn kin, maar ik neem niet de moeite hem daarop attent te maken. Veel lelijker wordt hij er immers toch niet van. En hij heeft in zijn leven al meer dan genoeg zeurende vrouwen gehad.