top of page

Jij

Vaag dringt een geluid, zich in regelmaat herhalend, tot mij door. Ik schud de slaap langzaam van me af en kom tot het besef, dat hetgeen mij gewekt heeft, jouw rustige ademhaling is.

Je ligt, gelijk een spinnende poes, opgerold onder de dekens en maakt kleine bijna onhoorbare geluiden, alsof je daarmee je tevredenheid extra wilt accentueren.


De breekbaarheid die je, door je onbewust zijn, uitstraalt is bijna een schril contrast met de sterke vrouw die ik dagelijks in je zie.


De contouren van je gezicht, half verscholen onder de dekens, vul ik aan met de lijnen die gegrift staan in mijn geheugen, en toch kom ik steeds weer voor verrassingen te staan.


Volkomen onbewust van het feit dat je door mij geobserveerd wordt draai je je langzaam om, half zoekend naar de warmte van mijn lichaam, maar je tevredenstellend met de surrogaat omhelzing van de dekens. Je ademhaling slaat nu met enige regelmaat een tel over, alsof de symfonie die je voor jezelf in gedachten hebt in de pas probeert te komen met mijn gedachten.

Ik aanschouw iedere welving van je lichaam, hoewel verborgen in een innige omhelzing met de dekens, en weet dat de combinatie van perfectie en breekbaarheid mij tot in de lengte van dagen zal blijven verrassen.


De verborgen boodschap van je ademhaling lijkt slechts voor mij bestemd. Rustig en zonder enige terughoudendheid bespeel je mijn gehoor. Er zitten geen geheimen in iedere ademteug die je tot je neemt, en met dezelfde waarde geef je ze symbolisch weer tot mij terug.

Een diepe zucht slakend lijk je mijn overpeinzingen te begrijpen, en zonder de uitgesproken bevestiging weet ik dat het goed zit tussen jou en mij, en laat ik gedachten en werkelijkheid samenkomen in een lichamelijke omhelzing.


bottom of page